Regelrubriek, afl. 18 Droppen

De plek waar je moet droppen kan wel eens aanleiding geven tot discussie. Niet altijd leidt dat tot het juiste besluit. Hieronder een voorbeeld van zo'n siuatie op onze baan. 

Kees, Peter en Annette hebben afgeslagen op hole vijf Groen. De tweede slag van Annette belandt links van het rode paaltje bij de sloot.
Annette fronst als ze haar bal net buiten de hindernis ziet liggen. Hoe moet ze haar bal nu, tussen die rode paaltjes door, rechts langs de boom, richting de green van Groen 5 slaan? Links staat immers het hek achter hole 6.
Een interessante uitdaging vindt Annette en geconcentreerd haalt ze hard uit maar … hoewel haar bal in de goede richting vertrekt, draait ie snel naar links (een draw door gesloten clubblad? Een afwijking door de wind?), raakt vol de grote boom, ketst hard in haar richting terug en tot Annettes afgrijzen belandt hij nu midden in de sloot.


“Jammer,” roept Kees “nu moet je droppen”.
“Snap ik,” zegt Annette “maar waar moet ik dat doen?”
“Nou naast de sloot natuurlijk en niet dichter bij de hole,” antwoordt Kees, “binnen twee stoklengtes van de plek vanwaar je de bal sloeg”.
“Volgens mij mag je bij de boom droppen,” zegt Peter, “dat is het laatste punt waar de bal zou zijn neergekomen als hij niet door het afketsen was teruggekomen”.
“Lijkt mij ook,” lacht Annette "en een stuk makkelijker" denkt ze bij zichzelf. En dus, zonder Kees nog de kans te geven te protesteren, voegt ze de daad bij het woord en slaat een gedropte bal met gemak midden op de green. Kees heeft geen zin er verder tegenin te gaan en loopt hoofdschuddend naar zijn eigen bal terug.

Wie had er gelijk, Kees of Peter? Of geen van beiden? Had Annette niets met die paaltjes kunnen doen? Als ze goed de regels toepast, krijgt Annette dan strafslagen en zo ja, hoeveel?
Als we op de drop bij de boom de regels toepassen, krijgt ze dan strafslagen toegekend en hoeveel?
En wat als haar tweede bal al net binnen de hindernis had gelegen, had dat uitgemaakt voor het vervolg?

Heel wat vragen voor Harm. Zijn antwoorden:

Hier kan een beetje regelkennis, zo maar een voordeel opleveren. De rode paaltjes van de hindernis markering zijn namelijk losse obstakels en ik zou altijd proberen ze even opzij te leggen (regel 15.2a(1)) dat slaat een stuk relaxter. Als ze niet te verwijderen blijken (vast obstakel, regel 16.1 misschien van nut?) kan Annette hier niets mee, want de paaltjes hinderden blijkbaar haar stand en swing niet bij haar slag naar de green.

Nu die bal in de sloot: noch Kees, noch Peter heeft gelijk over de dropzone. Boeiend is dat het referentiepunt, de plek waar de bal de hindernis kruiste vóórdat ie in de plomp verdween, aan de overkant van de sloot ligt! Een dropzone dáár met een halve cirkel van 2 clublengtes, bevindt zich vrijwel geheel dichter naar de hole, op een piepklein taartpuntje links na misschien. Dus dat wordt niks. Dan kan ze nog droppen: volgens regel 17.1d(1) slag en afstand, dus droppen binnen een clublengte vanwaar ze de 3e slag deed of volgens regel 17.1d(2) een drop binnen een clublengte van de lijn door het referentiepunt en de hole van 5, niet dichter naar de hole (dus aan déze kant van de sloot, waar Annette stond toen ze de 3e keer afsloeg). Na de strafslag voor de hindernis, doet ze daarna haar 5e slag.

Als Annette de bal speelt na een drop naast de boom, speelt ze van de verkeerde plaats! Dat levert haar de algemene straf op, dus twee strafslagen (regel 14.7). 

N.B. “hogeschool regelgeving” Als de 2e bal van Annette binnen de hindernis lag, blijven de dropopties na de 3e slag hetzelfde, maar er komt er nog één bij: 17.2a(2) droppen en spelen van waar de laatste slag buiten de hindernis werd gedaan, dus van waar ze haar 2e slag (!) deed. Vandaar doet ze dan haar 4e slag (ter verduidelijking zie figuur hieronder). 

 

Clubnieuws Overzicht